Dat ik misschien/waarschijnlijk/toch ook wel opluchting voel nu Martin er niet meer is. Soms een vraag, soms een aanname.
Nee, er is geen opluchting. De verrijking die Martin en onze relatie me bracht oversteeg de beperking ruimschoots. Het was soms vloeken om onze onvervulde verlangens, dat zeker. Maar de voedende vervulling was er zo hard dat ik bereid was om elke dag verder met hem te vieren en af en toe eens hard te vloeken.
Nee, ik voel me niet bevrijd. Ik hoefde niet bevrijd te worden. Elke dag koos ik opnieuw om mijn leven met Martin te delen.
Maar, ja, ik ervaar vrijheid. Ik voel ruimte om te genieten zonder rolstoelgesleur, zonder zorgen om ligwondjes, natte broeken of ontoegankelijke ruimtes.
Bevrijd of vrij, twee kleine letters, een groot verschil.
Er was geen behoefte om mijn hoofdstuk met Martin af te ronden. Wat we deelden was intens, uitdagend, inspirerend, voedend en prachtig. Het doet me ontzettend veel verdriet om dit los te laten.
Toch zie ik ook de cadeaus in deze overweldigende situatie. Ik zie, ook nu, zoveel dingen om dankbaar voor te zijn en te koesteren. Ik zie kansen, mogelijkheden en lichtpunten.
Of misschien kan ik beter zeggen richtpunten, want dat zijn ze.
Ik richt me op het licht. Als dat nu gaat over mijn leven met Martin of alles wat nog mag komen.