Pasen. Het was voor mij een allesbehalve vrolijk Pasen. Het
wondje is weer open. Op precies dezelfde plek. Klein, zo ongeveer 7 millimeter doorsnede,
maar onmiskenbaar een wonde.
Het nieuws raakte me als een mokerslag. Eerst ging het nog. Ik
was ‘s morgens met Willem naar oma ‘moeke’ gegaan om er samen met zijn nichtjes
eieren te rapen. Ik heb me daar op de sofa gelegd en de Paasdrukte zorgde voor
welgekomen afleiding.
Weer thuis was het raak. Willem ging bij een vriendje
spelen. In mijn eentje voor de houtkachel zittend kwamen de realiteit en het besef van de gevolgen van de situatie me onzacht tegemoet. Verdriet en
boosheid overmanden me en ik liet het moedeloos gebeuren. Ik was kwaad omdat ik
niets kon bedenken wat dit zou kunnen veroorzaakt hebben en triest omdat ik
mijn pas herwonnen vrijheid weer kwijt was. Bovendien kon ik het niet warm krijgen
en rilde ik onbeheersbaar van de koorts. Het gaf de ellende nog een extra stoot.
Ik weet pas sinds vandaag dat het een beginnende blaasontsteking was.
Gesteund door mijn heerlijke lief, mijn lieve zoon en mijn
super familie, buren en vrienden heb ik weer kracht en moed vergaard.
Het is wat het is, ik weet hoe ik dit moet aanpakken en ik
vertrouw er op dat het niet langer zal duren dan nodig is.