Rolstoelcoaster handelt over de finale strijd met het recidive zitwondje.
De voorbije 14 dagen voelden aan als ‘verloren’ dagen. De wonde was klaar voor een nieuwe ingreep en evolueerde amper. Tegelijk was ik toen mobieler dan ik de komende maand zal zijn. Mobiel met beperkingen, natuurlijk. Ik moest me elke twee uur minstens 20 seconden opdrukken in de rolstoel en een paar keer per dag op mijn zij liggen of staan met de stastoel.
Het grootste obstakel waren de ontstoken schouders. Dat was niet enkel pijnlijk bij transfers en opdrukken, ze hielden me ‘s nachts ook vaak uit mijn slaap. De laatste week ging dat veel beter door een mix van oefeningen en curcuma en een lichte dosis ontstekingsremmer. Ik kon weer even nippen aan hoe voluit leven voelt. Fijn, maar ook triest, want ik verlang er zo innig naar en het wordt steeds opnieuw uitgesteld.
De operatie heeft drie uur geduurd. Zonder verdoving, net als de vorige keer. Het was lang en lastig om op mijn buik te liggen, vooral voor de schouders. Ik heb de foto gezien van de wonde na de ingreep. Het ziet er netjes uit, maar dat was de vorige keer ook zo. Er zijn twee vijanden, zegt de chirurge: bloedingen en infecties. Doordat ik bloedverdunners moet nemen is de kans groter dat zich onderhuids bloed ophoopt, en dat infecteert gemakkelijk. Het vuil wordt dan naar buiten geduwd waardoor de wonde openscheurt. Dat is wat eerder gebeurde en waardoor het nu hersteld moest worden.
Ik lig alleen op een kamer op de 7de verdieping, aan het raam. Er is bijna niemand in deze gang, patiënten noch verpleging. Deze verdieping is enkel in gebruik als de 6de volzet is. Ik heb een alternerend matras. Het is geen flipper deze keer, je hoort amper de motor. Het wordt een stille nacht, zoveel is zeker.