Het is namiddag, een dag vorige week. Ik ben (staand) Rummikub aan het spelen met de buurkinderen. De verpleger komt langs voor de wondzorg. “Even het wondje verzorgen”, verontschuldig ik me. De jongste, Morris, staart me aan met blinkende ogen. “Heb jij een hondje?”, vraagt hij hoopvol.
Alle gekheid op een stokje, ik heb wederom goed nieuws! Het wondje wordt duidelijk kleiner. Oudjaar heb ik staand gevierd, nieuwjaar liggend. Het was alle ongemak waard. De verlossing wordt nu tastbaar.
leuk hé