Rolstoelcoaster handelt over de finale strijd met het recidive zitwondje
11 november
Eerlijk gezegd had ik me iets anders voorgesteld bij een dolfijnmatras. Dol fijn, dat klinkt toch als een heerlijke rustgevende ligbelofte? Het blijkt eerder dol dan fijn.
Stel het je voor als een aaneenschakeling van dikke opgeblazen dwarsliggende worsten die door een slimme pomp aangestuurd worden. Bij elke verandering van positie wordt mijn lichaamsdruk aangepast en verdeeld. Ik kan daardoor heel lang in eenzelfde positie liggen zonder risico op doorliggen. Dat is fijn. De ellende is dat de matras geen enkele stabiliteit geeft zodat ik voor iedere transfer hulp moet inroepen. En dat is niet fijn.
En dan het geluid. Ik dacht dat een flipper dartel kwetterde. Deze niet. Elke 20 seconden bromt hij. Dag en nacht. Toegegeven, niet heel hard, maar vervelend genoeg. Als ik van positie verander of als iemand op het bed gaat zitten, dan flipt hij en klinkt het als een dolle stoomboot die zijn scheepshoorn blaast, tot een nieuwe balans gevonden is. Het is de tijd van het jaar voor stoomboten, dat wel.
We zijn nog niet echt vrienden.
Ihor, de wondspecialist, is gisteren nog langsgekomen om de Pico vacuümpomp aan te sluiten. De chirurge had het al twee keer geprobeerd en het was haar niet gelukt om het zonder lekken af te plakken. Ihor had wel succes. Dat pompje zoemt ook en concurreert met de orka. Rond 5 uur deze nacht is het zoemen opgehouden. We hebben de batterijen vervangen maar het mocht niet baten. Het ding doet niets meer.
De wonde bloedt nu niet meer zoals gisteren. Maar Ihor vond het er niet zo goed uitzien. Hij had het over oedeem en postoperatief trauma en nog allemaal zaken die ik niet begrijp.
Ik schraap wat kruimels geduld bij mekaar en heb vertrouwen dat het goed komt.